De verdeelkast en hoe de grootte van de kast bepalen?

De verdeelkast en hoe de grootte van de kast bepalen?

Hoe bepaal je eigenlijk de grootte van je zekeringkast? Hoe wordt ze in detail samengesteld?

Hoe de grootte van je verdeelkast berekenen?

De grootte van je zekeringkast wordt uitgedrukt in "modules" en/of rijen. Met modules wordt de totale beschikbare ruimte bedoeld voor het plaatsen van automaten of domotica modules. De meest gebruikte zekeringkast is de 54 module verdeelkast met 3 rijen van 18 modules.

1 module is de breedte die overeenkomt met de breedte van een enkelpolige automaat van 18mm(wat niet meer wordt verkocht in België). Een standaard automaat van 20A is 2 modules breed.
Een Velbus uitgangsmodule is 4 modules breed.

Aan de hand van het ontwerp (eendraadschema of grondplan) worden alle modulaire componenten van de verdeelkast bepaald. Hun totale breedte in modules, eventueel vermeerderd met reserve ruimte, bepaald de grootte van je verdeelkast.

Wat heb je nodig om je verdeelkast samen te stellen?

  • Een zekeringskast met minimum beschermingsgraad IP40 (hoger als deze zich bevindt in een vochtige, stoffige, … omgeving). 
  • Kamgeleiders om je automaten door te verbinden
  • XVB-kabel (10 mm²) voor latere verbinding met je kWh meterkast
  • Stugge of soepele VOB-kabel (minstens 6 mm² met een hoofdbeveiliging van maximum 40 A en minstens 10 mm² met een hoofdbeveiliging van maximum 63A. In geval van soepele geleiders gebruik je ook zeker adereindhulzen) wij opteren voor soepele kabel, deze is veel eenvoudiger te hanteren en de kans op slechte contacten (vonkoverslag met brand als gevolg) is veel kleiner.
  • VOB-kabel van 1,5 mm² (blauw en andere kleur, uitgezonderd geel, groen of geelgroen) voor eventuele beltransfo of voedingsmodules van domotica of videofoonsystemen.
  • Verzegelbare differentieelschakelaars (ook verliesstroomschakelaars genoemd) met een nominale schakelwaarde aangepast aan de stroomopwaartse beveiliging van de distributienetbeheerder (steeds minstens 40A; hoger indien ook de hoofdbeveiliging op 50A of 63A zit). van het type A te zijn. Lees ook onze blog over de verliesstroomschakelaar.
  • (Automatische) zekeringen 20A – 16A –10A, 6A, eventueel 32A indien je een elektrisch fornuis hebt. Deze automatische zekeringen moeten geschikt zijn voor huishoudelijke toepassingen (dit is op je automaat aangeduid met het getal ‘3.000’ (of hoger) in een rechthoekje, en met het getal ‘3’ daaronder), en je ampérage wordt voorafgegaan door de letter B of C

Hoe je kast indelen?

  • Deel je zekeringkast in overeenkomstig met je eendraadschema. Werk je met een driefasige aansluiting, dan dien je de fasen gelijkmatig te verdelen. Hou hier zeker rekening met de “grotere” verbruikers zoals een wasmachine, droogkast, vaatwasmachine, microgolfoven,…
  • Zorg voor voldoende opsplitsing van de kringen. Zwaardere verbruikers, zoals wasmachine, droogkast etc. worden afzonderlijk afgezekerd. Zo vermijd je later ongepaste uitschakelingen door overbelasting en kom je later niet voor onaangename verrassingen te staan.
  • Plaats je algemene (hoofd)differentiaalschakelaar van 300mA op de rail. Deze wordt meestal links onder in de kast geplaatst, waar je voedingskabel XVB 4 x10mm binnenkomt van de meterkast. 
  • De differentieelschakelaar voor de “vochtige” kringen dient een maximale lekstroom van 30mA te hebben. In de veronderstelling dat je aarding lager is dan 30 Ohm.
  • Zorg ervoor dat je praktisch werkt en gemakkelijk de aansluiting kan maken met de vochtige kringen. De schakelaar van 30mA moet ook in serie te staan met de algemene hoofdverliesstroomschakelaar en moet geschakeld zijn voor de kringen van de wasmachine, droogkast, vaatwasmachine, badkamer, sauna of zwembad. Plaats niet meer verbruikers op deze lekstroomschakelaar dan noodzakelijk. Zeker geen koelkast of diepvriezer, dewelke na enkele jaren een lekstroom kunnen hebben waardoor voortdurend de verliesstroomschakelaar "springt" 

Verbind je modules met een rail of kamgeleider

  • Verbind met een VOB-geleider van 6 of 10m² (afhankelijk van de maximale stroom 40 - 63A) de onderkant van de hoofddifferentieelschakelaar (300 mA) met de onderkant van de eerste (aansluitende) automatische zekering . Maak zo verder de verbindingen met de andere rails.
  • Verbind ook de onderkant van de hoofdverliesstroomschakelaar met de onderkant van de bijkomende verliesstroomschakelaar van 30mA.
  • Verbind de automatische zekeringen onderling met een kamgeleider of VOB-geleider. plaats beschermkappen over de vrije plaatsen om elektrocutie tegen te gaan.
  • Controleer ook hier nog eens met de schroevendraaier of alles goed genoeg vast zit.
  • Let bij het ontmantelen van de geleiders goed op dat deze niet te ver “afgestript” zijn. Zo zorg je ervoor dat er zeker geen naakte koperen delen bloot blijven liggen na aansluiting.

Bijkomende modules aansluiten in je verdeelkast

  • Gebruik voor het aansluiten van de domotica voedingsmodule een blauwe VOB-kabel van 1,5 mm² voor de N aansluiting. Knip deze op maat.
  • Knip een andere kleur (behalve geel, groen of geelgroen) VOB-kabel op dezelfde lengte en sluit deze aan op de L aansluiting.
  • Ontmantel de eindjes van beide kabels, maar opnieuw: niet te ver.
  • Verbind de blauwe kabel met de linkeringang van de 6A-zekering en verbind het andere uiteinde met de voedingsmodule.
  • Verbind de andere draad met de rechterkant van de voedingsmodule en de zekering.

Een overzicht van de modulaire componenten

  1. PE (aarding), hier worden de geel/groen draden op aangesloten.
  2. L (fase) rood, bruin of zwart
  3. N (nul-leider) blauw
  4. Aardingsklemmenblok inbegrepen (afhankelijk van merk en type kast)
  5. Hoofddifferentieelbeveiliging (300 mA)
  6. Automaten 20 A
    voor stopcontacten, Contactdozen/Verlichting
    Minimum kabeldoorsnede: 2,5 mm2
  7. Automaat 16 A
    Verlichting
    Minimum kabeldoorsnede: 1,5 mm2
  8. Differentieelbeveiliging voor vochtige ruimtes (30 mA)
  9. Reserve 7 modules
  10. Aansluitrail voor uitbreiding